Het gebruik van strijdgassen was een van de redenen waarom de oorlog bloedig werd en niet binnen een paar maanden voorbij was. Was de militaire doctrine er een van Napoleontische tijden, de wapens die konden worden gebruikt waren dat allerminst.
De mitrailleur, waarvan vóór augustus 1914 werd gedacht dat hij alleen effectief was tegen ‘domme zwartjes’, bleek in zijn dodelijkheid geen onderscheid te maken naar huidskleur. Een mitrailleur gaf de verdedigende partij een enorm voordeel op de aanvallende partij. Was eerst voor spervuur een heel bataljon van goed getrainde soldaten nodig, nu kon een zojuist opgeroepen dienstplichtig soldaat met een mitrailleur eenzelfde effect sorteren, dood en verderf zaaien en in zijn eentje een aanval met paard en lans tegenhouden.
Ook de duizenden bommen en granaten die op – maar gelukkig meestal naast – de soldaten neerdaalden, waren niet met de kanonskogels van Waterloo te vergelijken. Kort gezegd: de vuurkracht was enorm gestegen. Hier kwam bij dat dankzij het vliegtuig, dat ruim 10 jaar tevoren was uitgevonden, de vijand nu ook vanuit de lucht kon worden bestookt.
Het vliegtuig kan symbool staan voor het echec van het vooruitgangsdenken. In 1914 bleek dat alles wat in de eeuw daarvoor was uitgevonden dan wel verbeterd tot heil van de mensheid, ook voor de totale vernietiging was te gebruiken: niet alleen het transportwezen, massaproductie, communicatie, en techniek, maar ook de geneeskunde. Artsen kregen te maken met een dubbele loyaliteit, niet alleen aan de patiënt maar ook aan de staat en de krijgsmacht, wat bijvoorbeeld resulteerde in het oplappen van soldaten voor hernieuwde frontdienst. Dit heeft met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid de oorlog verlengd en daarmee het aantal slachtoffers vergroot.
In april 1915 voegde zich hier het gaswapen bij. Vindingen als chloor- of mosterdgas – heden ten dage massavernietigingswapens genoemd – waren mede dankzij het snel gedistribueerde en allengs beter wordende gasmasker, op de keper beschouwd weinig dodelijk. ‘Slechts’ 1% van de 10.000.000 doden viel eraan ten offer, de anderen overleden als gevolg van conventionele wapens. Strijdgas voegde echter wel een gruwel toe aan de reeds bestaande gruwelen en was door zijn sluipmoordenaarseffect een groot veroorzaker van psychische problematiek. Dit gold overigens ook voor het gasmasker, dat de soldaat immers het enige ontnam dat nog echt van hem was, zijn gezicht, en dat daarmee de oorlog letterlijk ontmenselijkte. Dat deed het echter ook figuurlijk, evenals de stalen helm dit had gedaan. Middelen die waren ingevoerd ter bescherming van het individu, maakten door hun dehumaniserende effect de strijd in het algemeen genomen juist nog furieuzer.